Voordat ik inga op het begrip ‘bevrijdingsbediening’ wil ik mijn waardering uitspreken voor de vele broeders en zusters die een hart hebben voor mensen die worstelen met allerlei problemen. Helaas zien we dat velen die de Heer Jezus hebben aangenomen, toch vast zitten aan allerlei zonden, angsten, verslavingen en psychische problemen. Het pastoraat heeft er de handen vol aan. Hoewel ik niet in alles mee kan gaan met de visies van de huidige bevrijdingsmethoden, bewonder ik die christenen die in gebed strijden voor andere mensen. Toch moeten we niet alles wat onder de vlag van ‘bevrijding’ plaatvindt, klakkeloos aannemen als zuiver. Dit artikel is bedoeld om een Bijbels licht te werpen op een trend die bevrijding van problemen ogenblikkelijk in verband brengt met demonen die in gelovigen zouden huizen.

We leven in een moeilijke tijd, die gekenmerkt wordt door veel misleiding. Jezus zei dat zijn discipelen moesten waken. ‘Wat ik nu tot u zeg, zeg Ik tot allen: waakt!’ (Mk13:37). Johannes schreef: ‘want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld’ (1Jh4:2). Paulus schreef: ‘De Geest zegt uitdrukkelijk, dat in latere tijden sommigen zullen afvallen van het geloof doordat zij zich zullen bezighouden met verleidende geesten en leringen van demonen’ (1Tm4:1). Deze verleidende geesten maken veel slachtoffers.

Een voorbeeld daarvan is wat er gebeurt binnen de bevrijdingsbediening. Mensen te goeder trouw, laten zich door een ‘bevrijdingsbedienaar’ vrij bidden van zogenaamde demonische belasting en/of bezetting. Hierbij gaat men uit van de mogelijkheid dat gelovigen in het lichaam kunnen zijn gebonden door demonen. Zonden, die de Bijbel tot het gebied van het ‘vlees’ rekent (Gal5:19) worden verschoven naar demonische invloeden. Daarbij ‘ontvangt’ de bedienaar bovennatuurlijke informatie over oorzaken van deze demonische belasting. Vervolgens wordt er een ‘bevrijdingssessie’ georganiseerd waarbij het doel is dat de betrokken persoon wordt vrijgebeden. De bevrijdingsbedienaar fungeert als een soort middelaar die namens God de gebonden persoon wijst op de oorzaken van zijn gebondenheid. 

Het volgende staat te lezen op een website waar deze dienst voor bevrijding wordt aangeboden:

Leef je in gebondenheid? Heb je soms het gevoel dat je op een bepaald vlak maar niet verder komt, wat je ook probeert? De bevrijdende kracht en liefde van Jezus Christus biedt uitkomst. Hij wil oorzaken laten zien en heeft de macht om te bevrijden, te vergeven en te genezen op de manier die het beste bij jou past. Door bevrijdingsgebed beoogt …oorzaken helder te krijgen waardoor de confident negatief wordt beïnvloed. Er zijn verschillende algemene oorzaken waardoor mensen gebondenheid kunnen ervaren, namelijk eigen zonden en gevolgen daarvan, gevolgen van zonde van anderen en de zondeval van de mensheid, en negatieve “bagage” uit het voorgeslacht. Bevrijdingsgebed is een methode om op zoek te gaan naar deze ingangen. Deze “methode” is alleen effectief onder leiding van de Heilige Geest, met een team die daar de gaven, roeping en competentie voor heeft. Maar alleen dankzij het offer van Jezus Christus aan het kruis, kunnen mensen weer in innerlijke vrijheid leven op elk gebied van hun bestaan. Tijdens een gebedssessie wordt door een combinatie van gebed, onderwijs en contextueel pastoraat getracht te onderscheiden waar specifieke, persoonsgebonden oorzaken liggen. De uitweg uit die gebondenheid gaat in principe altijd via het “opruimen” van deze oorzaken. Daarbij spelen het belijden van zonde, het vergeven van anderen, innerlijke en fysieke genezing en het verbreken van (generatie)vloeken een belangrijke rol, naast het binden en wegsturen van demonen.

Op zich is het streven fantastisch: mensen tot vrijheid in Christus brengen. Ditzelfde doel had de apostel Paulus ook zoals we kunnen lezen in Ko1:28

Hem verkondigen wij, terwijl wij ieder mens terechtwijzen en ieder mens leren in alle wijsheid, om ieder mens volmaakt te stellen in Christus.

Wat opvalt is, dat Paulus hier helemaal niet spreekt over bevrijding van demonen, maar over terechtwijzen en leren in wijsheid. Gezond onderwijs leert gelovigen te groeien in Christus. Maar men wil in het bevrijdingsgebed ‘op zoek gaan naar allerlei ingangen’ van demonen in het leven van gelovigen. De grote vraag is of het wel mogelijk is dat demonen ‘ingang’ hebben in het leven van gelovigen waardoor ze, ondanks hun bekering en toewijding aan Jezus, ‘niet verder’ komen. Ik geloof dit zeer zeker niet op grond van de Bijbel. Men moet zulke gelovigen bij de Heer brengen in gebed en zondenbelijdenis. Ook zaken als angsten, verslavingen en dwanggedachten kunnen zeker te maken hebben met een gebondenheid vanuit de duisternis. De vraag is dan of men inwondende demonen heeft terwijl men een christen is. 

Als een christen niet dicht genoeg bij de Heer leeft kan hij in een zondig patroon van leven terecht komen en dat is in Bijbelse termen de duivel ‘een plaats’ geven (Ef4:27) of in een ‘strik van de duivel’ vallen (zie onder). Er zijn echter geen demonen van lust, demonen van nicotine, demonen van overspel etc. Het boze hart van de mens, het natuurlijke vlees is het probleem, daaruit komen deze dingen zoals ook Jezus duidelijk heeft onderwezen in Mc7:21: ‘Want van binnenuit, uit het hart der mensen‘. Jezus noemt een hele lijst met zonden die vandaag worden gekoppeld aan demonen! 

Pas op dat niemand u als buit meesleept door de filosofie en inhoudsloze verleiding, volgens de overlevering van de mensen, volgens de grondbeginselen van de wereld, maar niet volgens Christus. Ko2:8

Deze leraars brachten een leer volgens de ‘grondbeginselen’ van de wereld. Dit woord stoicheia duidt op de geestelijke machten waar de mensen toen erg bang voor waren. De dwaalleraars beloofden bescherming tegen die machten. Paulus reageert door iedere keer weer te stellen dat de boze geen invloed meer heeft in het leven van een gelovige. Hij is verlost van de macht van de boze (Ko1:13). Door de angst werden de gelovigen ‘als een buit meegesleept’ naar allerlei zaken die hen van Christus aftrokken. Ze gingen hun vertrouwen stellen op een elite die wel in contact stond met de bovennatuurlijke wereld (visioenen, ingewijd in ervaringen, engelen etc. zie 2:18).

Ik geloof daarom ook niet dat een ander, een bevrijdingsbedienaar, informatie over dit soort ingangen zou ontvangen van de Heilige Geest zoals dat in de hedendaagse bevrijdingsbediening wordt beweerd. De bevrijdingsbedienaar behoort tot de ‘elite’ die ‘meer van de Geest’ heeft of een ‘speciale bediening’ om ‘openbaringen’ van God te ontvangen. Precies dat waar Paulus voor waarschuwt in de brief aan de Kolossenzen! Het is een misleiding die ervoor zorgt dat wij bezig zijn met onszelf en met de demonen in plaats van met de Heer Jezus en Zijn Woord. Als deze dingen namelijk van groot belang zouden zijn, dan had Paulus daar zeker wel over geschreven aan de gemeenten die uit de afgodendienst kwamen. Hij doet dit nergens. Hij wijst op verantwoordelijkheid (terechtwijzen) en hij onderwijst over wie de gelovige is in Christus en wie Christus is in de gelovige. Daarnaast zien we dat het een normale praktijk was dat mensen uit occulte achtergronden zich radicaal toewijdden aan de Heer en alles uit hun leven wegdeden dat nog met het occulte te maken had (zie bijv. Hd19:19 waar toverboeken in het openbaar werden verbrand).

De vijand, satan, doet er alles aan om de blikrichting te veranderen van de gelovige. In plaats van zijn blik gericht te houden op Gods Woord en de geopenbaarde Christus daarin, is hij bezig met de blik te richten op een soort oorlog tegen boze machten die de gelovige in het verleden ergens hebben gebonden. De Bijbel leert dat een gelovige is verlost uit de macht van de duisternis (Ko1:13) op het moment dat deze zijn geloof stelt op Christus. De Heer Jezus heeft gezegd: Als dan de Zoon u vrijgemaakt heeft, zult u werkelijk vrij zijn (Jh8:36). Lees ook Gl5:1 Voor de vrijheid heeft Christus u vrijgemaakt…In de bevrijdingsbediening spreekt men van ‘bevrijding’, terwijl iemand in Christus al vrij is gemaakt!

De gelovige moet vervolgens standhouden. Als dit niet gebeurt, valt de gelovige voor de verleiding van de duivel. Dit betekent echter niet dat er dan gelijk demonen in diens leven komen, maar dat zijn focus is verlegd en hij niet meer naar de Geest leeft en gaat zondigen. Hij gehoorzaamt dan weer zijn zondige natuur i.p.v. Gods Woord en de leiding van de Geest. Een dergelijk persoon moet dan onderwezen worden in de waarheid en zich bekeren. Let op wat de Bijbel zegt:

Een dienstknecht van de Heere moet geen ruzie maken, maar vriendelijk zijn voor allen, bekwaam om te onderwijzen, en iemand die de kwaden kan verdragen. Hij moet met zachtmoedigheid hen onderwijzen die zich verzetten. Misschien geeft God hun eens bekering, zodat zij tot erkenning van de waarheid komen en zij weer mogen ontwaken uit de strik van de duivel, door wie zij levend gevangen waren om zijn wil te doen. 2Tim2:24-26 

Er hoeft dus geen ‘bevrijdingsbediening’ plaats te vinden. God geeft zo’n persoon de genade (of niet, dat is een geheim dat wij niet kunnen doorgronden) om zich te bekeren. Na bekering is er geen enkele invloed meer van de boze mogelijk in de zin van demonische belasting! Een persoon kan dus gevangen zijn in de strik van de duivel, maar dat is niet hetzelfde als dat er demonen in zo iemand zitten! Iemand moet ‘wakker’ worden, de ogen geopend (zie Hd26:18: ‘ogen openen’) voor de waarheid en zich bekeren. Men kan diep in deze strik gevangen zitten, dat leert de praktijk wel. Toch moet iemand onderwezen worden in de waarheid en zelf keuzes maken. Dit kan soms een gebedsstrijd zijn, maar er hoeft geen demon uitgedreven te worden.

Paulus streed een geestelijke strijd om het geheimenis van het evangelie ingang te doen vinden in de harten van de luisteraars (Ko1:29). Hij streed niet om allerlei verborgen ingangen te ontdekken van demonen in het leven van de gemeenteleden, eenvoudigweg omdat die er niet zijn. Nogmaals: als een gelovige zondigt, dan valt hij weliswaar in de strik van de duivel (zie de tekst boven), maar dat wil niet zeggen dat hij dan een demon inwendig ontvangt of iets dergelijks. Hij leeft ‘naar het vlees’ en moet zich weer bekeren. Paulus roept de Korintiërs dan ook continu op tot bekering van hun zonden (let op dat hij in 1Ko6 oproept om de hoererij te ontvluchten. Bevrijdingsbedienaars zouden overgaan tot bevrijding van mensen die seks hebben gehad met prostituees die ook nog eens uit een afgodendienst kwamen. Paulus spreekt daar met geen woord over).

Dwaalt niet! Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters, zullen het Koninkrijk Gods niet beërven. En sommigen uwer zijn dat geweest. Maar gij hebt u laten afwassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd door de naam van de Here Jezus Christus en door de Geest van onze God. 1Ko6:9-10

Ze hadden zich bekeerd, ook de afgodendienaars. Er is geen sprake van ‘bevrijding’ in de zin het wegsturen van demonen, maar nogmaals, van bekering. Afgodendienst is een zonde van het vlees en geen demonische belasting. Let wel; als men als ongelovigen in afgodendienst is, kan men bezet zijn door demonen, maar door de bekering en het geloof in Christus is iemand geheiligd. Er hoeft daarna niets meer te gebeuren dan te leren om in Christus te leven door het geloof in Gods Woord. Raakt een gelovige van de geloofsweg af, dan geeft hij de duivel een ‘voet’ (Ef4:27), maar dat is niet hetzelfde als gelijk bezet worden door demonen. 

Er wordt in het citaat hierboven ook gesproken van een erfenis uit het voorgeslacht (‘bagage’). De gedachte is dat er demonische verontreiniging in iemands leven kan zijn vanwege zonden door iemand uit het voorgeslacht. Deze moet dan worden beleden en verbroken. Hiervoor is geen enkele, ik herhaal, geen enkele grond in de Bijbel te vinden en is een uitvinding van charismatische Bijbelleraars. Een beroep op Exodus 20 is niet Schriftuurlijk omdat het daar niet gaat om demonische belasting, maar over de toorn van God over mensen die Hem ongehoorzaam zijn, ook als het gaat om nageslacht van zulke mensen. Problemen die mensen kunnen hebben worden toegeschreven aan demonen.

De Bijbel schrijft de problemen van de mens toe aan zichzelf, aan verkeerde keuzes en aan de rebellie tegen God. Daarom is de hele huidige trend van bevrijdingsbediening een misleiding. Mensen worden afgehouden van de geweldige vrijheid die er is in Christus en van hun verantwoordelijkheid zonden te belijden en te breken met verkeerde gewoonten. In plaats van de waarheid te leren over het evangelie moet men ‘bevrijd’ worden. Tot overmaat van ramp worden zij in de armen gedreven van iemand die een ‘lijntje’ heeft met God, terwijl de Bijbelse boodschap juist is dat iedere gelovige rechtstreeks mag gaan tot de troon van de genade om hulp te ontvangen op de juiste tijd (Heb4:16).

Demonen zijn zeer sluwe misleiders en laten zich graag ‘uitdrijven’ als men daarmee de mens kan misleiden. Toch geloven veel christenen dat demonen in gelovigen kunnen huizen. Zij hebben niet door misleid te worden. De persoon die voor gebed komt zal dan ook steeds weer terug moeten komen omdat echte vrijheid niet komt. De praktijk laat zien dat mensen iedere keer weer terug moeten komen bij hun bevrijdingsbedienaar. Nu vraag ik u; lijkt dit niet erg veel op het heidendom waarbij mensen tot hun sjamaan moeten gaan om de geesten te bezweren?

Er is ook een leer die wordt gebracht, dat bidden en vasten de ‘sleutel’ is tot ware vrijheid. Als je gaat bidden en vasten dan komen de demonen ’tevoorschijn’. Dit leidt er helaas toe dat velen op het verkeerde been worden gezet. Zonden moeten we belijden (1Jh1:9). Onze problemen komen uit ons eigen verdorven hart, niet door demonen die in ons wonen. Men is niet ineens bevrijd van nare gewoonten, maar men moet dagelijks het kruis opnemen. Het Nieuwe Testament leert nergens dat vasten een wapen is. Sterker nog, mensen die beweren dat vasten een ‘sleutel; is tot een hoger geestelijk leven, zijn bezig met de ‘bevrediging van het vlees (Kol2:23)’.

Het vasten is een middel om ons af te zonderen en de wil van de Heer te zoeken op sommige momenten zoals Paulus leert in 1Kor7:5, waar het gaat over onthouding van seksuele gemeenschap. Onze wapens zijn van geestelijke aard en staan beschreven in Ef6. Vasten wordt daar niet genoemd. Als vasten dan de ‘sleutel’ zou zijn tot vrijheid, waarom heeft Paulus, de grote leraar van de gemeente van God, er dan niet één keer over geschreven in verband met geestelijke strijd? Omdat niet vasten, maar Christus Zelf de sleutel is. Hij in ons en wij in Hem! Hij is de kracht van God (1Kor1:24) en niet ons vasten. De subtiele verleiding is dat mensen een methode vertrouwen of een middel om geestelijk op een hoger plan te komen.

Het uitdrijven van demonen is in de Bijbel altijd een TEKEN (zie Mk16:17) die hoort bij de boodschap van het koninkrijk. De demonen gingen eenvoudig uit de mensen zodra de boodschap werd verkondigd (zie Hand5:16; 8:7 waar demonen luidkeels schreeuwend uit de mensen gingen die acht gaven op wat Filippus predikte; 19:12 ook weer in combinatie met het gepredikte Woord in vers 10). Het evangelie zoals wij dat verkondigen, namelijk van het volgen van Christus en het één worden met Hem, is nooit een lange strijd voordat mensen eindelijk vrij worden. Wij verkondigen Christus die IN ons woont (Ko1:27) en door het geloof moet worden gediend (Gl2:20). Mensen die dit Woord horen en geloven, kunnen bevrijd worden van onreine geesten, maar dit zal gebeuren zoals in het boek Handelingen, in één keer en voorgoed. 

De kern van de misleiding is dat het werk van de Heer Jezus niet genoeg is om ons vrij te zetten. Er moeten allerlei technieken worden toegepast om echt vrij te worden. Het is dus een verkapte ontkenning van de genoegdoening van het werk van Christus. De ervaring leert dat er maar weinigen vrij zijn. De oorzaak is niet demonie, maar een verkeerde prediking en halve bekeringen. 

Wat te doen als mensen met ernstige problemen kampen? Men moet altijd gericht zijn op het pastoraat, het herderschap in de gemeente. Dit houdt in dat er soms lange trajecten nodig kunnen zijn om mensen anders te leren denken. Hierin is gebed noodzakelijk. Door mensen steeds weer te wijzen op hun verantwoordelijkheden en hen de Bijbelse waarheid te leren, komen mensen stap voor stap tot de praktische realisering voor wat ze in positie al zijn: vrij. Geloof is namelijk ontvangen van wat men al heeft in Christus. Het probleem dat ik heb met de bevrijdingsbediening is dat mensen niet meer enkel en alleen met de Heer Jezus bezig zijn, maar met zichzelf en hun problemen. Dit laatste is niet altijd meteen verkeerd, maar ik heb gezien dat het obsessievelijke vormen aan kan nemen, en dan is men gevangen in een strik. De Bijbelse weg is: zondenbelijdenis, groeien in het Woord en de gemeenschap met heiligen etc.

Tot slot een waarschuwing tegen het verjagen van demonen uit kerkgebouwen, van een ziekte- of sterfbed en andere plaatsen. Ook dit zien we bij bevrijdingssessies. Het komt steeds vaker voor dat men in gebed ruimtes ‘vrijbidt, reinigt’, etc. Zulk soort heidense praktijken waren in de middeleeuwen wijd verbreid – eerst door Germaanse tovenaars, hindoepriesters, islamitische genezers enz.; toen door katholieke priesters, en nu doen ze ook hun intrede vanuit charismatisch leringen. Houd u ver van elke vorm van kwaad (1Ts5:22)! 

Jezus zei: Waakt!