Op diverse plaatsen in ons land horen we steeds vaker dat het de wil van God is dat wij lichamelijk gezond zijn. Dit zou ons ‘recht’ zijn op grond van het offer van Christus. Het is natuurlijk waar dat God voor ons is en ons overvloedig wil zegenen. Ik heb daarover geschreven in ‘wat wil God jou geven’. Er is helaas ook een hardnekkige leer die beweert dat, omdat Jezus ‘alle’ zieken genas die tot Hem kwamen, Hij daarmee liet zien wat de Vader boven alles ‘wil’: mensen genezen. Dit tijdelijke wordt verheven boven het eeuwige. Men staart zich daarbij blind op de bediening van Jezus en verliest volledig het onderwijs van de brieven uit het oog. Het is namelijk niet waar dat het leven met God fysieke gezondheid in dit leven garandeert. Ik las laatst van een evangelist: 

‘Waarom zou Hij je willen genezen? Omdat Hij wil dat je blij bent! En om aan je te bewijzen dat Hij niet alleen een God van woorden is, maar ook van daden!’ 

Dit is de grond, het fundament van het denken dat ons afvoert van hoe God Zich openbaart in de Bijbel. Ik lees namelijk nergens dat God wil dat wij ‘blij’ zijn, wel dat we de vrede en de blijdschap van en in Christus mogen kennen. Hij hoeft Zich ook niet meer aan ons te ‘bewijzen’ als een God van daden, want dit heeft Hij al bewezen toen Christus voor ons stierf (Rom5:8!). Lees verder op deze site het artikel ‘Wonderen en tekenen’ dat ook over deze materie gaat.

Het is mijn stellige overtuiging dat het Gods verlangen is dat we worden als Hij, door te gaan lijken op Zijn Zoon (o.a.Rm8:29). Hierover is denk ik iedere serieuze Bijbelonderzoeker het wel mee eens. De Bijbel legt dit op veel verschillende plaatsen uit. Zoals ik het Henk Binnendijk ooit zo mooi hoorde zeggen: ‘Toen God zijn Zoon op aarde zag, dacht Hij: “Daar moet ik er veel meer van hebben”’. God gebruikt daar alle middelen voor. Hij wil inderdaad het beste voor zijn kinderen. ‘Het beste’ is in dit verband: gaan lijken op Jezus. De weg waarlangs wij moeten gaan om te gaan lijken op Christus is m.i. een weg die ziekte niet per definitie uitsluit. God gebruikt alle omstandigheden om tot dit grote doel te komen (Rm8:28). Daarbij gaat God een weg met zijn gemeente en met deze wereld waarin zich processen afspelen waar we geen flauw benul van hebben. Er is een ‘wil’ van God vanuit zijn heiligheid en liefde. God ‘wil’ in die zin geen zonde, dood, ziekte etc. In die zin ‘wil’ God geen ziekte bij zijn kinderen. Het wezen van God is goedheid. Er is ook een ‘toelatende wil’ van God in zijn wegen met mensen. God laat zonde, dood, ziekte toe om een hoger doel te bereiken. In die zin ‘wil’ God niet altijd de fysieke genezing van bepaalde personen op bepaalde momenten. Hier stuiten we op het mysterie van Gods wegen met deze wereld.

Er zijn talloze voorbeelden waarin gelovigen ziek werden of vroegtijdig stierven, denk aan Stefanus in Hd7 en Jacobus in Hd12. Rampen, ongelukken en tegenspoed worden de gelovigen ook niet altijd bespaard. In mijn eigen kennissenkring van toegewijde gelovigen heb ik dit soort dingen regelmatig zien gebeuren zoals in hoofdstuk 1 te lezen was. Jezus zegt in Op3:19 dat Hij iedereen die Hij liefheeft bestraft en tuchtigt. Dit zegt Hij tegen de gemeente in Laodicea, wat overigens niet wil zeggen dat iedereen die lijdt ‘gestraft’ wordt natuurlijk. Dit woord van Christus uit Op3 lijkt in schril contrast te staan met zijn karakter als Geneesheer van zieken, welke we in de evangeliën tegenkomen. Christus, die naar zijn wezen het kwade haat en het goede liefheeft, laat toch het kwade toe als een opvoedmiddel voor diegenen die Hij liefheeft. Bovendien: God is in een strijd verwikkeld met satan. Hij laat satan toe dingen te doen op deze wereld waarvan wij gruwen. Wij mensen hebben eenvoudigweg geen antwoord op de vraag waarom dit soort dingen gebeuren. Het is dan ook veel te eenzijdig en simplistisch om te beweren dat geen gelovige ziek hoeft te zijn. Het strookt niet met de geschiedenis van Gods volk, het strookt niet met de werkelijkheid vandaag en het strookt niet, zoals we gaan zien, met Gods Woord. Een aantal teksten laat duidelijk zie dat God ziekte toestaat of soms Zelf actief bewerkt:

*Maar de Here zeide tot hem: Wie heeft de mens een mond gegeven, wie maakt stom of doof, ziende of blind; ben Ik het niet, de HERE? Ex4:11.

*Ziet nu, dat Ik, Ik het ben, daar is geen God, behalve Mij. Ik dood en doe herleven, Ik verbrijzel en Ik genees, en niemand is er die redt uit mijn macht. Deut32:39.

*Hij (Azarja, DJJ), deed wat recht is in de ogen des HEREN (…). Alleen verdwenen de hoogten niet; nog steeds slachtte en offerde het volk op de hoogten. De HERE sloeg de koning, zodat hij melaats was tot de dag van zijn dood…2Kn15:3-5

*Dus bracht de HERE de pest over Israël, en er vielen van Israël zeventigduizend man. 1Kr21:14

*Na dit alles sloeg de HERE hem met een ongeneeslijke ziekte in zijn ingewanden. 2Kr21:18

*Zie, welzalig de mens, die God kastijdt; versmaad daarom de tucht des Almachtigen niet. Want Hij verwondt en Hij verbindt, Hij slaat en zijn handen helen. Jb5:17,18.

*Komt niet uit de mond des Allerhoogsten het kwade en het goede? Kl3:38

*Zie, Ik werp haar op het ziekbed en hen, die met haar overspel bedrijven, breng Ik in grote verdrukking, indien zij zich niet van haar werken bekeren. En haar kinderen zal Ik de dood doen sterven en alle gemeenten zullen inzien, dat Ik het ben, die nieren en harten doorzoek; en Ik zal u vergelden, een ieder naar uw werken. Op2:22,23

Ook in Jesaja 1 zien we dat God zijn afgedreven volk Israël vergelijkt met een mens die tot ziekt toe geslagen is onder het oordeel van God.

Waar wilt gij nog meer geslagen worden, dat gij voortgaat met af te wijken? Het gehele hoofd is ziek, het gehele hart vol krankheid. (Js1:5).

God ‘sloeg’ zijn volk en vergelijkt dit met een mens die door ziekte wordt geslagen (zie ook bijv. Hs5:13). Nogmaals: ziekte is niet iets dat past bij de wil van God als die wil betekent: overeenkomend met Gods wezen als een liefdevol en heilig God. Ziekte ‘komt’ van satan en van Adam doordat de wereld in zonde is gevallen, maar als God d.m.v. ziekte zegen kan bereiken, of een oordeel kan voltrekken, dan gebruikt Hij deze weg. Dan ‘komt’ ziekte wel degelijk van God. Dan spreekt de Bijbel over God die ‘stom’, ‘doof’ of ‘blind’ maakt. In Ex9:3-7 stuurt God de veepest in het land Egypte, in 9:8-12 stuurt Hij zweren. In Lv14:34 laat God zien dat Hij verantwoordelijk kan zijn voor een plaag van melaatsheid in het beloofde land:

Wanneer gij komt in het land Kanaän, dat Ik u ten bezit geef, en Ik de plaag der melaatsheid doe ontstaan in een huis in het land dat gij bezit,…

Hier zien we het vreemde feit dat God Zelf de plaag van de melaatsheid laat ontstaan in een huis, terwijl Hij het volk vraagt verantwoordelijkheid te nemen zich te beschermen tegen deze plaag van melaatsheid. Vervolgens kondigt God ziekte aan als oordeel over hen die Hem de rug toekeren in Dt28:

De HERE zal de pest aan u doen kleven, totdat zij u heeft weggevaagd uit het land, dat gij in bezit gaat nemen. De Here zal u slaan met tering, koorts, brand, ontstekingen, droogte, brandkoren en honigdauw (…). De HERE zal u slaan met Egyptische zweren, met builen, uitslag en schurft, waarvan gij niet kunt genezen (…). De HERE zal u slaan met boze zweren een de knieën en aan de dijen, waarvan gij niet kunt genezen – van uw voetzool af tot uw schedel toe. Dt28:21-22, 27 en 35 

Deze laatste uitdrukking: ‘van uw voetzool af tot uw schedel toe’ vinden we terug in Js1:6 waar God, vele eeuwen later, dit oordeel ook heeft voltrokken, zij het dat in Js1 een figuurlijke voorstelling wordt gemaakt van een ziek lichaam ter vergelijking van de geestelijke ziekte van het volk. God maakte zijn eerstgeboren zoon (Ex4:22; Dt14:1), Israël, ziek! In Js53:10 zien we dat God Zijn Knecht (Israël, maar nog meer: Christus) ziek maakte. Dit principe is onmiskenbaar door de hele Bijbel heen terug te vinden. Heeft God vreugde beleefd toen zijn Zoon leed aan het kruis? Was dit niet het ultieme voorbeeld van iets vreselijks, dat God heeft gebruikt om de grootst mogelijke zegen, namelijk het herstel van de hele kosmos, te bereiken? Wie zijn wij om dit soort besluiten binnen de raad van God te begrijpen? Ron Dunn schreef een, in mijn ogen, evenwichtig boek over de hele kwestie rond genezing. Hij schrijft:

Het lijden werkt vaak iets uit wat voorspoed en gezondheid niet kunnen, bijvoorbeeld nederigheid en inlevingsvermogen, maar ook een dieper vertrouwen op God. Zo gezien, gebruikt God lijden om zijn doelen te bereiken (Uit: ‘Zal God mij genezen?’ pagina 168).

Dit is de taal van het geloof! Het is mij een raadsel hoe massa’s mensen toch iedere keer weer achter leraren aanhollen die gezondheid en voorspoed prediken, terwijl de realiteit is dat vele gelovigen lijden. We hebben nergens op de wereld een kerk/gemeente waar niemand ziek is. We hebben in de hele kerkgeschiedenis nergens gezien dat de prediking ‘genezing door geloof’ resulteerde in de genezing van alle hoorders. We zien nergens dat God mensen altijd behoudt voor fysieke problemen en toch geloven massa’s mensen deze leer. Het is me een raadsel. Jezus leed, Paulus leed, de vervolgde kerk lijdt, per jaar sterven rond de 160.000 gelovigen om hun geloof en vele westerse christenen geloven toch nog altijd in een God die welvaart en voorspoed schenkt aan hen met het grootste geloof.

Toevoeging: Ik las laatst dat er iemand beweerde dat wedergeboorte niet zo belangrijk was als genezing, omdat Jezus maar één keer, namelijk in Johannes 3, over de wedergeboorte heeft gesproken. Dit soort redeneringen zijn bedroevend. Men kiest dat wat het gehoor streelt zonder dat men begrijpt wat wedergeboorte is. 

Ik geef tenslotte de gedachten weer van wijlen Jaap Fijnvandraat, een Bijbeluitlegger die in mijn ogen zeer evenwichtig en geestelijk diep onderwijs geeft: 

“Welke aardse vader zou zijn kind willen zien lijden aan een ziekte”, zo heeft men vaak tegengeworpen. God is onze hemelse Vader en geeft ons slechts goede dingen, zo vervolgt men, en beroept zich op Matth. 7 : 7-11. In ieder geval hebben we hier weer een voorwaarde: “zal uw Vader, die in de hemelen is, goede gaven geven degenen, die er hem om bidden.” Wil God ons verhoren, dan moeten we goede dingen vragen. Maar wie maakt er uit wat goed is? Kunnen we de alwetende God in alles vergelijken met een kortzichtige aardse vader? De vergelijking gaat mank, als men de zaak doortrekt. Wie wil zijn kind vervolging, verdrukking, smaad en hoon laten lijden? Geen enkele aardse vader. Maar God laat dat in ons leven toe. Niemand zou Job zijn kinderen, vee en gezondheid ontnemen, maar God deed het wel. Geen aardse vader zou zijn kind een engel des Satans sturen, maar Paulus kreeg die in zijn lichaam. 

Wij zouden onze kinderen niet verminken om ze kreupel door het leven te doen gaan, maar de Heer deed het bij Jakob wel. Ik vrees dat gebedsgenezers, die dit punt verdedigen, erg slappe vaders zullen zijn. Welke vader geeft zijn kind nu een pak slaag? zal men zeggen. Maar het bewijs van ons kindschap Gods is juist, dat de Vader ons kastijdt. Niet wij maken uit en weten wat goed voor ons is, maar God doet dat. David bad om de genezing van het kind, dat hij in overspel bij Bathseba verwekt had. Hij bad en vastte hartstochtelijk, maar God verhoorde hem niet. Het gebed was niet naar Gods wil, de Heer had als oordeel aangekondigd dat de jongen sterven zou. David meende in Gods gedachten een verandering te kunnen brengen. Dat dit mogelijk is, blijkt uit de geschiedenis van Hizkia. God weet echter béter wat goed is. De ware zoon van David en Bathseba moest troonopvolger en type van de Heer Jezus zijn. zie jaapfijnvandraat.nl