Als Mens gezonden door de Vader en geleid door de Vader, maakt Jezus in het evangelie van Johannes duidelijk dat het de Vader is die door Hem heen spreekt. Zijn leven werd geleid, niet door een mechanisch gebruik van kennis van het Oude Testament, maar door de Vader. Je zou in de taal van Paulus kunnen zeggen: Hij werd geleid door de Geest (zie Rm8:14 en Gl5:16). Hierin is Jezus ons voorbeeld. Luister naar deze zeer belangrijke uitspraak van Jezus hierover:
De levende Vader heeft mij gezonden, en ik leef door de Vader; zo zal wie mij eet, leven door mij (Jh6:57).
Hier leren we een geweldige waarheid: Zoals Jezus werd geleid door (Geest van) de Vader, zo moeten wij, op dezelfde manier geleid worden door (de Geest van) Jezus. Dit is, naar mijn vaste overtuiging, niet op te schrijven in boeken, niet vast te stellen in stappenplannen (‘Zes stappen naar een Geestvervuld leven’). Deze manier van leven is ten diepste een mysterie! Bij de ene mens gaat dit weer anders dan bij de andere mens. Waar het op neer komt is dat men wordt geleid door de Geest van Christus. Het Woord heeft daar een hele belangrijke plek in, maar de manier waarop wij komen tot deze leiding van de Geest (zoals Jezus werd geleid door zijn Vader) is nogmaals niet vast te leggen in schema’s, stappenplannen, etc. Het is het mystieke mysterie van Gods werk in de mens. Niet na te rekenen, wel te zien in de vrucht, het resultaat. Een aantal ander uitspraken van Jezus hierover uit het evangelie van Johannes:
*Waarachtig, ik verzeker u: De Zoon kan niets uit zichzelf doen, hij kan alleen doen wat hij de Vader ziet doen; en wat de Vader doet, dat doet de Zoon op dezelfde manier. 5:19
*’Wanneer u de Mensenzoon hoog verheven hebt,’ ging Jezus verder,’dan zult u weten dat ik het ben, en dat ik niets uit mezelf doe, maar over deze dingen spreek zoals de Vader het mij geleerd heeft. 8:28
*Ik heb niet namens mezelf gesproken, maar de Vader die mij gezonden heeft, heeft me opgedragen wat ik moest zeggen en hoe ik moest spreken. Ik weet dat zijn opdracht eeuwig leven betekent. Alles wat ik zeg, zeg ik zoals de Vader het mij verteld heeft. 12:49-50
Jezus spreekt over een opdracht van de Vader in dit laatste vers. Dat is het eeuwige leven, dat Hij de geboden, de opdrachten van de Vader uitvoerde. Dit lijkt op het eerste gezicht een nogal mechanische gehoorzaamheid. Dit is het niet. Als Jezus zegt: ‘en de Vader en ik zijn één (Jh10:30)’ of ‘Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien (Jh14:9),’ dan duidt dat ten diepste op het wezen van hun relatie, niet zozeer op hun bestaanseenheid. Net zoals Hij dit kon zeggen, zouden wij moeten kunnen zeggen: ‘Ik en Christus zijn één.’ Wij zijn één in denken, één in spreken, één in handelen etc. Wij zijn Christus niet, net zomin als Christus de Vader was, maar we zouden net zo één moeten zijn met Hem als Hij met de Vader is. Dat is de betekenis van eeuwig leven en dat is de betekenis van Jh6:57: De levende Vader heeft mij gezonden, en ik leef door de Vader; zo zal wie mij eet, leven door mij. Hij leefde door de Vader, dat wil zeggen dat Hij zijn leven legde in afhankelijkheid van de Vader. Hij wilde niets anders spreken, denken etc. dan de Vader omdat er een diepe liefdesrelatie tussen hen bestond.
Ik heb jullie liefgehad, zoals de Vader mij heeft liefgehad. Blijf in mijn liefde. Je blijft in mijn liefde als je je aan mijn geboden houdt, zoals ik me ook aan de geboden van mijn Vader gehouden heb en in zijn liefde blijf (Jh15:9-10).
Jezus ‘bleef’ in de liefde van zijn Vader door diens geboden te houden. Dit betekent niet dat Hij die liefde kon verdienen door de geboden te houden of dat Hij die liefde kon verliezen door de geboden niet te houden. Het betekent dat Hij die liefde beantwoordde door de geboden van de Vader te houden uit vrije wil. Op dezelfde manier blijven wij in de liefde van Christus, door Hem te gehoorzamen uit liefde. ‘Blijven’ in de liefde wil zeggen dat er een relatie in stand wordt gehouden.
Jezus Christus, leert ons het evangelie van Johannes is de eeuwige Zoon die bij de Vader was en mens werd. Hij was van hetzelfde wezen als de Vader, namelijk God. In de godheid was er al een onverbrekelijke ‘band’ tussen de Vader en de Zoon, die op aarde verder ging. De woorden uit het OT zijn niet de Vader, maar komen wel van de Vader. Ze zijn ook niet alles wat de Vader te zeggen had (Hb1:1). Christus vond in die woorden het leven van de Vader, maar niet de Vader Zelf. Deze had nog veel meer tegen Hem te zeggen dan de woorden van het OT. Wij zijn van hetzelfde wezen als Christus, namelijk ‘kinderen van God.’ Hij was de eersteling die als Mens werd geleid door de Geest. Door zijn offer aan het kruis is het mogelijk geworden voor ons om met Hem één te worden. Nu Hij in de hemel is en wij op aarde, zijn wij geroepen dezelfde eenheid te vormen die Hij had met zijn Vader toen Hij als mens op deze aarde rondliep. Deze eenheid uit zich in het houden van zijn geboden (zoals Hij de geboden van zijn Vader hield) en in het beleven van de vreugde van de relatie (zoals Hij de vreugde beleefde van zijn relatie met de Vader).
De geboden bestaan niet uit een concreet lijstje, maar uit het liefhebben van elkaar (Jh15:12) zoals Hij ons heeft liefgehad. De woorden van de Bijbel zijn niet Jezus, maar ademen wel zijn geest uit. De woorden spreken van Hem (Jh5:39) en de woorden bevatten eeuwig leven. Toch is Jezus Christus Zelf het Woord (Jh1:1). Hij is niet Dezelfde als het geschreven Woord. Hij heeft ons nog veel meer te zeggen dan er in het geschreven Woord staat geschreven en toch is dit geschreven Woord genoeg voor ons. In het geschreven Woord ontmoeten wij Hem, maar niet op een manier zoals Hij volkomen in Zichzelf is. Hij is meer dan het geschreven Woord en toch openbaart Hij zich in het geschreven Woord. Er is niets buiten het geschreven Woord dat ons iets kan leren over Christus en toch is Christus groter dan het geschreven Woord. Hij is oneindig veel groter dan wij kunnen beseffen. Hij werkt op oneindig veel diepere manieren dan wij beseffen en toch is dit allemaal geconcentreerd in dit geschreven Woord van God. Het geschreven Woord is het laatste Woord over Christus, terwijl niet alles is gezegd. We bevinden ons in een mysterie, een niet te bevatten geheim. We worden door Hem opgedragen ‘in Hem te blijven (Jh15:4-8). Dit is niet te ‘bereiken’ door veel Bijbelstudie, niet door veel te bidden op zich, het is een diepere afhankelijkheid die bestaat uit de relatie tussen mensen en God de Zoon. Het juiste gebruik van het Woord en de leiding van de Geest zijn hierbij onmisbaar. Alle werking van de Geest en ieder gebruik van het Woord van God dat niet hiertoe leidt, is niet uit God, maar uit de mens!