Jakobus 5 vers 13-18:

Als een van u het moeilijk heeft, laat hij bidden; is hij vrolijk, laat hij een loflied zingen. Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen; laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer. Het gelovige gebed zal de zieke redden, en de Heer zal hem laten opstaan. Wanneer hij gezondigd heeft, zal het hem vergeven worden. Beken elkaar uw zonden en bid voor elkaar, dan zult u genezen. Want het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn uitwerking niet. Elia was een mens als wij, en nadat hij vurig had gebeden dat het niet zou regenen, is er drie-en-een-half jaar lang geen regen gevallen op het land. Toen bad hij opnieuw, en de hemel gaf regen, en het land bracht zijn vrucht weer voort.

Ik ga voorbij aan de visie die zegt dat deze brief van Jakobus niet voor ons, de gemeente is bedoeld. De hele Schrift en zeker het Nieuwe Testament, is geschreven tot ons. We lezen in dit bovenstaande gedeelte over:

*Bidden als je het moeilijk hebt (vs13)

*Bidden voor de zieken door de oudsten (vs14)

*Bidden voor elkaar (vs16)

*Bidden van een rechtvaardige is krachtig (vs16)

*Bidden van Elia als voorbeeld (vs17 en 18)

Het bidden in moeilijke tijden

Er staat eigenlijk: ‘lijdt iemand onder u?’ Jakobus heeft gesproken over het lijden van de profeten (5:10) en van Job (5:11). Mochten we in zulk lijden komen, dan moeten we bidden. Ons vertrouwen op God laat zich zien in ons gebedsleven. Hoe meer wij bidden, hoe meer wij vertrouwen op Hem. Hoe minder we bidden, hoe minder we op Hem vertrouwen. Een simpel middel om te zien hoe ons vertrouwen op Hem is. Overal in de Bijbel zien we dat we moeten blijven bidden!

Bid onophoudelijk. 1Tess5:17

Hebben wij een houding van gebed? Bidden we vaak?

Bidden voor de zieken door de oudsten

Jakobus spreekt dan over ziekte. Iemand die ernstig ziek is (en dus de oudsten bij zich moet roepen, hij/zij kan er zelf niet meer op eigen kracht heen) wordt door Jakobus geadviseerd de oudsten te roepen. Deze moeten voor hem/haar bidden en de persoon met olie zalven. Dit zien we ook in Marcus 6:13

En ze dreven veel demonen uit en zalfden veel zieken met olie en genazen hen.

Het woord dat hier gebruikt wordt voor ziekte is athenos. Dit duidt op een krachteloos zijn en hoeft niet per definitie te slaan op fysieke moeite, hoewel dat wel waarschijnlijk is. Er wordt vervolgens gezegd door Jakobus:

Het gelovige gebed zal de zieke redden, en de Heer zal hem laten opstaan. 5:14

‘Laten opstaan,’ wil zeggen dat de persoon als het ware van een doodzieke situatie opstaat (lett:’oprichten’). Hij wordt weer opgericht van zijn geestelijke krachteloosheid. De olie is hierbij het beeld van de vreugde van de Heilige Geest. Dit ‘oprichten’ gebeurt door het gelovige gebed. Een gebed moet dus in geloof zijn. Er bestaat ook een verkeerd bidden (4:3). Het is heel belangrijk dat er eventuele zonden worden beleden, mochten die in de weg staan voor een genezing. Er kunnen zonden zijn die iemand krachteloos maken. Het voorschrift van Jakobus is een pastorale setting waarbinnen de genezing plaatsvindt. Veel (geestelijke) ziekte is het gevolg van zonden. Er is een diepe verootmoediging nodig om God toe te laten en het lichaam te genezen. Het gaat in dit gedeelte dus primair om iemand die krachteloos is. Hij ziet het niet meer zitten en roept de oudsten bij zich. Het gedeelte kan dus, nogmaals, over een lichamelijke ziekte gaan, maar het woord asthenos, hoewel meestal vertaald met ziek, kan ook betekenen ‘zwak (Hd20:35; Rm4:19, 14:1; 1Ko8:11,12).

Bidden voor elkaar

Jakobus vertelt nu een algemeen principe aan de hand van het voorbeeld van de zieke. ‘Beken elkaar uw zonden en bid voor elkaar, dan zult u genezen.’ Als zonden beleden worden, kan God zijn genezend werk gaan doen. Het aan elkaar belijden van zonden en het bidden voor elkaar is erg belangrijk als je wilt groeien in je geloof. De stelligheid van dit vers is moeilijk te begrijpen. We zien immers ook vaak dat zieken niet genezen, ondanks het zalven, schuld belijden en het bidden. Dit zou te verklaren zijn als we asthenos niet met ‘ziek’ zouden vertalen, maar met ‘krachteloos’, of ‘zwak’.

Bidden van een rechtvaardige is krachtig

Hoe komt het dat wij zo weinig verhoring zien van onze gebeden? Het krachtige gebed van een rechtvaardige mist zijn uitwerking niet. Het ‘vermag veel’ zegt een andere vertaling. Hoe meer we rechtvaardig leven, hoe krachtiger onze gebeden worden!

Waar bidden wij vooral voor? En uit welke gezindheid bidden wij? Leven wij met God?

Bidden van Elia als voorbeeld

Elia was ‘een mens als wij.’ Wij denken vaak te laag over onszelf. Elia was wel een profeet (niet in de zin zoals vandaag), maar als mens bad hij een gebed tot zijn God. Hij bad dat het niet zou regenen en vervolgens bleef het drieëneenhalf jaar droog!

Toen bad hij opnieuw, en de hemel gaf regen, en het land bracht zijn vrucht weer voort. Vs18. We zien hierin trouwens ook een illustratie van wat ik eerder zei. De krachteloze persoon die wordt opgericht door de Heer is te vergelijken met het dorre land dat weer regen ontvangt. Zeer krachtige en bijzondere dingen wil God doen op ons gebed. Het moet wel een gebed zijn in geloof, dit houdt in: gebeden door de Geest van God geleid, in de naam van Jezus.

Broeders en zusters, als een van u afdwaalt van de waarheid en een ander laat hem daarheen terugkeren, dan mag hij weten: wie een zondaar van het dwaalspoor terugbrengt, redt hem van de dood en wist tal van zonden uit. Vs19 en 20

We moeten op elkaar letten. Als iemand afdwaalt, het voor gezien houdt om Jezus te volgen, moeten wij die persoon proberen terug te brengen. Als het lukt worden er veel zonden ‘bedekt’, d.w.z. die worden niet meer uitgevoerd. Als het niet lukt, zal de persoon sterven en voor eeuwig verloren gaan. Ook dit vers wijst weer in de richting van een geestelijk krachteloos persoon, niet enkel een lichamelijke ziekte. De persoon roept de oudsten bij zich omdat er vanwege zonden een krachteloze situatie in zijn leven is ontstaan. Hij wordt opgericht door de Heer, door het gelovig gebed en van zijn dwaalweg gered.