Het kruis is de kern van de boodschap van de Bijbel. Jezus stierf aan een kruis. Waarom eigenlijk? Wat was daar het nut van? Als God ons laat zien hoe wonderlijk zijn plan is, gaan we stil worden. Wat wil God met het kruis van Golgotha?

1. Het kruis rekent af met de zonden

Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout opgedragen, opdat wij, dood voor de zonde, rechtvaardig zouden leven (1Pt2:24). Christus, die eenmaal geofferd is om de zonden van velen te dragen (Hb9:28).

Jezus droeg onze zonden in zijn lichaam. Hij werd op het kruis tot zonde gemaakt (2Ko5:21). God moest Hem straffen opdat de zonden werden veroordeeld. In Jezus werd de mensheid geoordeeld. De hele wereld kan daarom aanspraak maken op dit verzoenende werk van Christus (1Jh2:2). Als een mens niet wil geloven, zullen de zonden hem toch worden toegerekend. Ongelovigen worden geoordeeld naar hun werken (Op20:12). De Bijbel is hierin heel helder: Aan de ene kant zegt 2Ko5:19 dat de verzoening hierin bestaat dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was, terwijl aan de andere kant de ongelovigen zullen sterven in hun eigen zonden (zie bijv. Jh8:24: Ik heb u dan gezegd, dat gij in uw zonden zult sterven; want indien gij niet gelooft, dat Ik het ben, zult gij in uw zonden sterven.). Als het om het uiteindelijke resultaat gaat, spreekt de Schrift over ‘velen’ en niet over ‘allen’. Want dit is het bloed van mijn verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van zonden. Mt26:28.

2. Het kruis rekent af met de oude mens

Punt 1 geloven de meeste christen. Het probleem is dit punt. De identificatie met Christus in zijn dood. De zonden die ik deed en doe, komen uit een bron. Deze bron, de zondige natuur die ik heb, beheerste mijn oude bestaan. De oude mens is gestorven! Hij is door God veroordeeld tot het kruis: 

Immers, we weten dat ons oude bestaan (‘oude mens’ NBG) met Hem gekruisigd is omdat er een einde moest komen aan ons zondige leven. Rm6:6 

Deze woorden zijn hard. God heeft geen ‘herstelplan’ voor de oude mens. Alles uit Adam moet sterven, de plek voor de oude mens is het kruis! Deze boodschap is het einde van de mogelijkheden van de mens uit Adam. Wie gestorven is, is rechtens vrij van de zonde (Rm6:7). Een gelovige is een nieuwe schepping, in Christus geschapen. Hoewel de oude mens is gestorven, is dit in positie wel waar, maar niet in mijn ervaring! Voor God is de oude mens dood, maar ik moet deze macht voor dood houden. Rekent het ervoor ten opzichte van de zonde dood te zijn, maar voor God levend in Christus Jezus. (Rm6:11). Wat voor God waarheid is, een feit, moeten wij in geloof ook als waarheid aannemen. Het vlees in mij leeft en zal nooit beter worden. Daarom moet ik steeds opnieuw weer mezelf (de nieuwe mens) rekenen voor de zonde dood te zijn. De oude mens bestaat namelijk nog wel, in mijn conditie. Daarom moet het kruis centraal staan. Deze boodschap was ook voor Paulus de reden dat hij zo vervolgd werd. Ook de religieuze mens moest aan het kruis.

En wat mijzelf betreft, broeders en zusters, als ik nog altijd de besnijdenis zou verkondigen, waarom word ik dan vervolgd? Dan zou het kruis toch zijn kracht verliezen en niet langer een struikelblok zijn? (Gl5:11) 

De boodschap over het kruis is dwaasheid voor wie verloren gaan, maar voor ons die worden gered is het de kracht van God (1Kor1:18).

Deze kracht heeft afgerekend met de oude mens, de mens in Adam en heeft gezorgd voor een nieuwe schepping (2Ko5:17). Het oude is voorbijgegaan. Dit is positie! Het is waar voor God. Hoe meer wij in de Here Jezus gaan zien en geloven dat wij voor God leven, hoe meer het kruis zijn werk doet!

3. Het kruis rekent af met ons vlees

De oude mens werd beheerst door zijn natuur. Door het kruis laat God zien hoe hij denkt over deze oude natuur, het vlees, dat nog steeds in ons is en de bron van de zonden vormt. Hij haat het en veroordeelt ook deze natuur op het kruis. Zie hierover ook Rm8:3 NBG: 

God heeft, door zijn eigen zoon te zenden in een vlees, aan dat der zonde gelijk, en wel om de zonde, de zonde veroordeeld in het vlees.

Wij zetten als het ware onze handtekening onder die veroordeling omdat ook wij beseffen dat in ons vlees geen goeds woont (Rm7:18). Zo hebben wij als het ware ons vlees ‘gekruisigd’ door het met God eens te zijn. 

Wie Christus Jezus toebehoort, heeft zijn eigen natuur met alle hartstocht en begeerte aan het kruis geslagen (Gl5:24). 

Dit betekent dat alleen door te leven door de Geest, wij God kunnen behagen. Alles wat uit onze oude natuur voortkomt, moet onder het oordeel worden gebracht. Wij moeten eerst de totale verdorvenheid leren kennen van dit vlees, het eigengerichte leven, voordat wij toekomen aan het ervaren dat Christus ons leven is. Eerst sterven, dan leven.

4. Het kruis rekent af met wetticisme

Mijn nieuwe natuur wil God behagen, maar kan dat niet als het in eigen kracht gebeurt. Daarom is de wet of een wettisch systeem niet de manier om God te behagen. Ik ben gestorven voor ieder wettische systeem dat ervoor zorgt dat ik in eigen kracht ga proberen om voor God te leven. De wet wakkert namelijk de oude mens weer aan om te gaan presteren. Maar de oude mens is niet te verbeteren! Hij hoort op het kruis. Hierover gaat Rm7. 

Zo bent ook u, broeders en zusters, dood voor de wet dankzij de dood van Christus en behoort u nu een ander toe: Hem die uit de dood is opgewekt (Rm7:4). We zij dood voor de wet, zodat we niet meer de oude orde van de wet dienen, maar de nieuwe orde van de Geest (Rm7:6). 

Maar Christus Jezus heeft ons vrijgekocht van deze vloek (van de wet) door voor ons te worden vervloekt, want er staat geschreven: ‘vervloekt is een ieder die aan een paal hangt.’ (Gl3:13).

Wij, als een nieuwe schepping, bevinden ons in een nieuwe atmosfeer, waarin wij enkel en alleen bezig zijn met het opstandingsleven in Christus: ‘Hem te kennen en de kracht van zijn opstanding’ (Fil3:10).

5. Het kruis rekent af met schuld

Onze overtredingen veroorzaken schuld. Deze schuld klaagt ons geweten aan. Overtredingen hebben te maken met een wet. Deze wet was door God gegeven en werd door Joden ontvangen met de belofte dat zij die wet zouden gaan houden (Ex19:8, 24:3) Doordat zij (en wij) deze wet veelvuldig overtraden werd de wet (als middel om zelf gerechtvaardigd te worden) een schuldbrief die ons aanklaagt.

Hij heeft het document met voorschriften waarin wij werden aangeklaagd, uitgewist en het vernietigd door het aan het kruis te nagelen (Ko2:14). 

Toen Christus aan het kruis stierf, gaf God daarmee aan dat het proberen te houden van de geboden om zo in de hemel te komen of God tevreden te stellen, zinloos was. Er was een nieuwe weg: het kruis en jezelf daaraan toevertrouwen, het vlees doet geen nut. De Geest is leven (Jh6:63). De schuld is weg (Rm8:1). 

6. Het kruis rekent af met de wereld

Maar ik – ik wil me op niets anders laten voorstaan dan het kruis van Jezus Christus, onze Heer, waardoor de wereld voor mij is gekruisigd en ik voor de wereld. Gl6:14. Let op dat deze tekst in het verband staat van de wet. De Galaten wilden zich laten besnijden en plaatsten zich zo weer onder het systeem ‘wet’ of ‘presteren’. Hierdoor kwamen ze onder de macht van wereldgeesten (Gl4:9), de mentaliteit van de wereld. We zijn gestorven voor die elementen (zie ook Kol2:20). Vroeger leefden we alsof we van de wereld waren. We stemden overeen met de principes van deze wereld (Ef2:1-3). Door het kruis ben ik op een nieuw terrein geplaatst, het opstandingterrein waar de principes van Christus gelden. Ik heb niets meer te zoeken in het wereldse systeem, ik ben ervoor gestorven. Dit is allemaal positie, de plek die wij hebben vanuit Gods gezichtspunt. Hoe meer wij deze dingen geloven en wij verbonden blijven in deze waarheden en in een relatie met Christus, hoe meer wij vrijheid gaan ervaren.

7. Het kruis rekent af met mijn eigen plan

Het feit dat Jezus gehoorzaam was aan God door te sterven aan het kruis, laat zien dat Hij zijn eigen leven in gehoorzaamheid overgaf aan God. Het kruis laat zien dat een mens afziet van zijn eigen plan met zijn leven en God wil gaan vertrouwen.

Wie niet zijn kruis op zich neemt en Mij volgt, is mij niet waard. Wie zijn leven probeert te behouden zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van Mij, die zal het behouden (Mt10:38,39). 

8. Het kruis rekent af met alle boze machten

Hij heeft zich ontdaan van de machten en krachten, Hij heeft hen openlijk te schande gemaakt en in Christus (of: door het kruis) over hen getriomfeerd (Ko2:15). 

Ik ben uit het invloedsgebied van de satan gehaald (Kol1:13). Ik leef voor God in zijn koninkrijk. De afvallige engelmachten schijnen veel macht te hebben. Door het kruis heeft God ze openlijk tentoongesteld. Christus ontvangt door deze daad van opoffering alle macht in hemel en op aarde en zal deze machten dan ook oordelen.

9. Het kruis rekent af met alle kwaad

In Hem heeft heel de volheid willen wonen en door Hem en voor Hem alles met zich willen verzoenen, alles op aarde en alles in de hemel, door vrede te brengen met zijn bloed aan het kruis (Ko1:19,20).

Hij heeft zich bij de voltooiing van de tijden eenmaal geopenbaard, om met zijn offer de zonde teniet te doen (Hb9:26). 

Ooit zal God al het kwaad uit de kosmos wegdoen. De grondslag daarvoor is het kruis. Niet alleen de zonde en alle boze machten, maar ook alles wat ook maar besmet was door het kwaad wordt weer met God verzoend. 

10. Het kruis is de volmaakte verheerlijking van God

Christus, die ons heeft liefgehad en zich voor ons gegeven heeft als offer, als een geurige gave van God (Ef5:2). 

Christus offerde op het kruis zijn volmaakte leven op als brandoffer aan God. Hierin verheerlijkte Hij God op een manier die een mens nog nooit gedaan heeft en ook nooit meer zal doen. 

En als mens verschenen, heeft Hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot de dood – de dood aan het kruis. Daarom heeft God Hem hoog verheven en Hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat (Fl2:8,9).