Jezus is de Mens zoals God hem heeft bedoeld. Hij leefde een volkmaakt leven van 33 jaar. Daarna gaf Hij zijn leven in de dood en stond Hij op uit het graf. Nu is Hij in de hemel om mensen tot Zich te trekken. God wil namelijk dat we op Hem gaan lijken. Gods plan is dat er straks een helboel mensen zijn die lijken op Jezus. Dit is ons doel in dit leven. Hoe doen we dat? Is dat niet een onmogelijke opdracht? Laat ik dat eens gaan onderzoeken vanuit de Bijbel.

Waarom genas Jezus zoveel mensen? Waarom hield Hij zich zo bezig met hen? Hij predikte, genas, bevrijdde etc. Was dat om alleen maar duidelijk te maken dat Hij de Messias was? Hoewel het wel een van de redenen was, zien we hierin ook nog iets diepers. Het was omdat Hij de mensen liefhad.

Jezus trok rond langs alle steden en dorpen, hij gaf er onderricht in de synagogen, verkondigde het goede nieuws over het koninkrijk en genas iedere ziekte en elke kwaal. Toen hij de mensenmenigte zag, voelde hij medelijden met hen, omdat ze er uitgeput en hulpeloos uitzagen, als schapen zonder herder. Mt9:35,36

Deze bewogenheid, deze ontferming van het hart is de diepste motivatie van Jezus geweest om mensen te bereiken met het evangelie van herstel. Hij wilde de hele mens herstellen naar geest, ziel en lichaam omdat Hij hen liefhad. Deze hartsgesteldheid vinden we ook weer terug bij de discipelen in het boek Handelingen. Hoewel het niet specifiek wordt vermeld, kunnen we er van uitgaan dat de genezingen die Petrus, Paulus en de anderen verrichtten, ook vanuit die hartsgesteldheid werden verricht. Het thema van het boek Handelingen is de verkondiging van het koninkrijk van God. We lezen in Rm14:17

Want het koninkrijk van God is geen zaak van eten en drinken, maar van gerechtigheid, vrede en vreugde door de heilige Geest.

Paulus wil hiermee zeggen dat binnen de sfeer van de heerschappij van Jezus, er geen ruimte is om onenigheid te hebben over wat men wel en niet zou mogen eten, maar dat het draait om de vraag: wat bevordert de gerechtigheid, de vrede en de blijdschap? Even ervoor zegt hij:

Als u dus uw broeder of zuster kwetst door wat u eet, handelt u niet langer overeenkomstig de liefde. Laat hen voor wie Christus gestorven is niet verloren gaan door het voedsel dat u eet.

Dit ‘handelen naar de liefde’ is het grote kenmerk van een discipel van Jezus (zie Jh13:35!). Liefde tot elkaar, maar ook de liefde als motivatie voor de Geestesgaven zoals genezing, bevrijding etc. (zie 1Kor13!). Over deze motivatie wordt in het boek Handelingen niet vaak gesproken (het gaat meer over de gevolgen van de prediking, tekenen en wonderen), maar dat wil niet zeggen dat deze er niet was! Het blijkt wel uit de vele daden van de gelovigen dat er veel liefde was tot elkaar en tot het verlorene. In feite is het vrij simpel: na Jezus’ hemelvaart vormen de gelovigen zijn lichaam en gaan zij door met wat Hij deed in dezelfde gezindheid!

Wij hebben lief omdat God ons het eerst heeft liefgehad. 1Jh4:19

In Lk6:27-36 spreekt Jezus woorden uit over de liefde die de moeite waard zijn om in het geheel weer te geven. Hij was niet gekomen om mensen te veroordelen, maar om ze te redden. Zijn hart is vol liefde voor het verlorene. Lijkt zijn hart al op dat van ons als gemeente? Is onze gemeente een plek waar de liefde van Jezus voelbaar aanwezig is?

Tot jullie die naar mij luisteren zeg ik: heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten, zegen wie jullie vervloeken, bid voor wie jullie slecht behandelen. Als iemand je op de wang slaat, bied hem dan ook de andere wang aan, en weiger iemand die je je bovenkleed afneemt, ook je onderkleed niet. Geef aan ieder die iets van je vraagt, en eis je bezit niet terug als iemand het je afneemt. Behandel anderen zoals je wilt dat ze jullie behandelen. (…)Nee, heb je vijanden lief, doe goed en leen geld aan anderen zonder iets terug te verwachten; dan zullen jullie rijkelijk worden beloond, en zullen jullie kinderen van de Allerhoogste zijn, want ook hij is goed voor wie ondankbaar en kwaadwillig is. Wees barmhartig zoals jullie Vader barmhartig is. Lucas 6:27-31; 35-36

Jezus was DE zoon van de Allerhoogste. Hij gaf het voorbeeld. Zo liet Hij zien wie de Vader is. Daarom zei Hij: ‘Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien’ (Jh14:9). Zijn optreden liet zien wie de Vader is: ontfermend, liefhebbend, weggevend etc. Zijn wij bereid het hart van Jezus op diezelfde manier te laten zien? Op die manier laten we ook het hart van de Vader zien. Het probleem is alleen dat ons natuurlijke hart zondig is en zondig blijft. In Rm8:7 noemt Paulus dit ‘het vlees’ dat vijandig is naar God. Toch moet ons hart op dat van Jezus gaan lijken, dus moet er verandering plaatsvinden.

Ieder taak binnen de gemeente zou moeten worden uitgevoerd vanuit de liefde tot de ander. Hoezeer de Farizeeën ook de regeltjes van de (vaak eigen bedachte) wet nageleefd wilden zien in het leven van Jezus; Hij was niet te ‘vangen’ vanwege de liefde die zij zelf niet hadden. Het hele doel van de wet is de liefde. In de gelijkenis van de Barmhartige Samaritaan in Lk10:25-37 zien we dit prachtig geïllustreerd door Jezus. Als de wetgeleerde heeft gevraagd aan Jezus wie zijn naaste dan wel is, vertelt Jezus deze gelijkenis en besluit dan met:

Wie van deze drie is volgens u de naaste geworden van het slachtoffer van de rovers?’ De wetgeleerde zei: ‘De man die medelijden met hem heeft getoond.’ Toen zei Jezus tegen hem: ‘Doet u dan voortaan net zo.’

De man kreeg de opdracht mee om zelf een naaste te zijn voor anderen in plaats van zich af te vragen wie zijn naaste dan wel niet was. Daar gaat het om; het hart van God te laten zien in een gebroken wereld; geen veroordeling, geen minachting, maar goddelijke liefde die is uit de Heilige Geest. Wij kunnen dat alleen als we erkennen dat we uit onszelf daartoe niet in staat zijn. Het is alleen mogelijk als we de Heilige Geest toestaan het te doen. ‘Heer, verander mijn hart, want ik ben zelf daartoe niet in staat’. Als Jezus worden kan alleen als we Hem de ruimte geven dit in ons te doen!

Hoe zorg je ervoor dat de liefde uit God in je leven toeneemt?

1. Leef dicht bij God, praat met Hem.

2. Onderwerp je aan Hem, stop met conrete foute gewoonten.

3. Geloof dat Hij het zal doen. Vertrouw op zijn genade om je te helpen.

4. Belijd je zonden.

5. Lees en leef uit de Bijbel. Doe wat er staat.

6. Wees gericht op Christus, praat met Hem, bid veel.

Wij allen die met onbedekt gezicht de luister van de Heer aanschouwen, zullen meer en meer door de Geest van de Heer naar de luister van dat beeld worden veranderd. 2Ko3:18