Afgelopen week viel mijn oog op een folder van ‘LIFEschool’. Met grote letters stond er op de voorkant: ‘de school die van jou een discipel maakt’. Aan de binnenkant las ik: ‘De LIFEschool maakt van jou een échte discipel. In 22 avonden en 3 zaterdagen groei jij in een krachtige identiteit, gezonde theologie en de bestemming die God voor jou heeft’. Op de website lifeschool.nu lezen we dat men op deze school leert hoe de stem van God te verstaan en hoe men de doop met de Heilige Geest ontvangen kan. De school belooft dan ook ‘in één jaar een enorme groeispurt in geloof en kracht’.
Hier wordt de suggestie gewekt dat A: men pas een discipel is als men deze school volgt en B: dat discipelschap te maken heeft met een ‘krachtige identiteit’ en met uiterlijke ‘kracht’ die in korte tijd bereikt kan worden. Het is duidelijk dat ‘LIFEschool’ de charismatische leringen wil overdragen en het verbaast me dan ook niet dat Hans Maat de school aanbeveelt in de folder. Dat het onderwijs voornamelijk bestaat uit de bekende charismatische stokpaardjes is wel duidelijk. We lezen namelijk over module 4:
‘Als het over bediening gaat, dus jouw manier om God te dienen naar je van God gegeven bestemming, dan is de liefde voor Jezus natuurlijk het centrale gegeven. Maar die kan alleen krachtig zijn en concreet door het werk van de Geest. Jezus deelde Zichzelf uit vanuit de hemel door de Heilige Geest en heeft jou en mij gaven gegeven. Hij werkt middels tekenen en wonderen, en geeft op een bijzondere manier leiding aan ons leven. Hoe werken deze gaven, kracht, uitingen en werkingen van de Heilige Geest? We leven in een tijd waarin de gaven van de Heilige Geest in ere worden hersteld. Tegelijkertijd moeten we ze zuiver en waardig gebruiken en leggen we ook uit wat een ongezond gebruik van de gaven inhoudt. We willen in onze scholen een veilige basis leggen waarin ieder op zijn of haar tempo mag gaan ontdekken wat het is om deze gaven te gaan inzetten. Natuurlijk strekken wij ons uit in geloof naar wonderen en tekenen en die gebeuren dan ook. Op de zaterdag over de gaven van de Heilige Geest doen we niet alleen aan activatie, maar geven we ook les over de overdracht van zalving en kracht.’
Hier, hier en hier heb ik dit soort beweringen eerder weerlegd, maar wat zegt de Bijbel over discipelschap? Laten we eens wat teksten bekijken. Allereerst wordt dan duidelijk dat ieder mens die zich verbindt met Christus door een uiterlijke belijdenis in de Bijbel wordt gezien als een discipel. Velen waren destijds in Hem geïnteresseerd zoals we bijv. zien in Joh.6 in de geschiedenis van de wonderbaarlijke vermenigvuldiging van de vijf broden en de twee vissen. De Heer maakt echter duidelijk dat het hen niet te doen was om Hem, maar om wat Hij hun kon bieden, het voedsel dat Hij had vermenigvuldigd. Ze wilden wel graag een ‘Jezus’ die aan hun wensen en behoeften voldeed (zie boven ‘de bestemming die God jou geeft’).
Jezus antwoordde hun en zei: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: u zoekt Mij, niet omdat u tekenen hebt gezien, maar omdat u van de broden hebt gegeten en verzadigd bent. Joh.6:26.
Zodra de Heer begint te spreken over het feit dat de mens een zondaar is (‘geen leven in uzelf’, vs53, ‘het vlees heeft geen enkel nut’, vs63) staat er: ‘Van toen af trokken velen van zijn discipelen zicht terug en wandelden niet meer met Hem’, Joh.6:66. Het is dus niet waar dat er pas sprake is van een discipel als men bepaald onderwijs volgt. Iedereen die zich een christen noemt, zich op de één of andere wijze uitlaat als een christen is een discipel in uiterlijke zin. De Heer maakt daarom onderscheid tussen ware en valse discipelen. Een ware discipel is iemand die ‘veel vrucht’ draagt, gaat lijken op de Meester.
Het is de discipel genoeg dat hij wordt als zijn meester, en de slaaf als zijn heer. Mat.10:25a
Jezus dan zei tot de Joden die in Hem geloofden: Als u in mijn woord blijft, bent u waarlijk mijn discipelen; Joh.8:31
Hierin is mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt, en u zult mijn discipelen zijn. Joh.15:8
Let op dat er niet staat: ‘Het is de discipel genoeg als hij doet als de Meester’, maar ‘wordt als de Meester’. ‘Veel vrucht’ is ‘worden’ als Hij, Christus die in de discipelen ‘gestalte krijgt’ (Gal.4:19). Dit gebeurt door te blijven in zijn woord, niet door vluchtig geïnteresseerd te zijn in het christendom of wonderen en tekenen te imiteren. Nergens in de Bijbel wordt discipelschap verbonden met tekenen en wonderen, maar altijd met de morele gelijkenis aan de Zoon van God via de gehoorzaamheid aan het woord van God. Zij die zich straks in ‘die dag’ als zij voor Hem staan, voor de troon, zullen beroemen op hun zogenaamde ‘krachtige bediening’ zullen oordeel tegemoetzien als zij geen ware discipelen zijn geweest, maar het slechts in uiterlijke zin waren.
Niet ieder die tot Mij zegt: Heer, Heer, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan, maar hij die de wil doet van mijn Vader die in de hemelen is. Velen zullen in die dag tot Mij zeggen: Heer, Heer, hebben wij niet door uw naam geprofeteerd en door uw naam demonen uitgedreven en door uw naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik openlijk tot hen zeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, werkers van de wetteloosheid! Mat.7:21-23
Toen men destijds Christus zag in het gedrag van de eerste discipelen staat er dat zij ‘christenen’ werden genoemd.
En het gebeurde dat zij een heel jaar in de gemeente bijeenkwamen en een aanzienlijke menigte leerden en dat de discipelen het eerst in Antiochië christenen werden genoemd. Hand.11:26
Men deed geen wonderen, verrichtte geen tekenen in Antiochië, maar hadden juist een jaar lang onderwijs ontvangen van Saulus over de Heer Jezus, zijn ‘woord’ (zie Hand.11:25). Barnabas had hen immers opgedragen met het voornemen van het hart ‘bij de Heer te blijven’ (Hand.11:23). Een discipel is iemand die de Heer Jezus liefheeft boven alles en met Hem bezig is, zoals Maria die aan zijn voeten zat ‘en naar zijn woord luisterde’ (Luk.10:39). ‘Als u Mij liefhebt, bewaart mijn geboden’ (Joh.14:15). De gaven van genade, uitgedeeld door de Heilige Geest hebben dan ook dit ene doel: Hem liefhebben en Hem dienen als de Heer boven alles.
LIFEschool zegt: We leven in een tijd waarin de gaven van de Heilige Geest in ere worden hersteld. Daarmee bedoelen ze eigenlijk weer de uiterlijke ‘spektakel-gaven’ (talen, profeteren en tekenen en wonderen, men kan zelf ‘leren profeteren’), precies datgene waar Paulus de Korinthiërs voor waarschuwde! En net zoals de Korinthiërs gevoelig waren voor ‘mannen van naam’ (zie het eerste hoofdstuk ‘ik ben van Paulus, ik ben van Apollos, ik ben van Kefas’), zo worden de docenten in de folder (waar ook tegen Gods woord in verschillende vrouwen tussen staan) van LIFEschool aangeprezen met:
‘Zij kennen allemaal een krachtige bediening en leven uit waarover ze spreken’.
Vergelijk dit met Paulus die schrijft: Beginnen wij opnieuw onszelf aan te bevelen? 2Kor.3:1, en ‘Wij bevelen niet opnieuw onszelf bij u aan’, 2Kor.5:12. Een discipel beveelt noch zichzelf, noch anderen aan, zoals de Heer dit ook niet deed. Want niet wie zichzelf aanbeveelt, maar die de Heer aanbeveelt, die is beproefd bevonden, 2Kor.10:18. Nederigheid kenmerkt de ware discipel.
Kan iemand in een ‘spoedcursus’ van 22 avonden en 3 zaterdagen een ware discipel worden? Nee. Discipelschap duurt een heel leven lang. In alle vier de modules van LIFEschool ontbreekt namelijk het belangrijkste, dat wat een heel leven lang nodig is om in te groeien.
Als iemand tot Mij komt en niet haat zijn vader, zijn moeder, zijn vrouw, zijn kinderen, zijn broers en zijn zusters, ja, zelfs ook zijn eigen leven, kan hij mijn discipel niet zijn. Wie zijn kruis niet draagt en achter Mij komt, kan mijn discipel niet zijn. Luk.14:26-27
Een discipel moet leren dat er in hemzelf geen goed woont en dat hij alles moet ‘haten’ (op een lager niveau plaatsen) wat behoort tot de oude verbindingen. We kennen immers niemand meer naar het vlees (2Kor.5:16). Zie hier en hier voor een uitgebreide uitleg.
De Heer stelt zware eisen aan zijn discipelen. Eisen die niet in een korte cursus definitief eigen gemaakt kunnen worden. Tegelijk biedt Hij de genade aan in Hemzelf om Hem, de op aarde verworpen Meester, na te volgen. Hij voorziet in elke nood. En hoewel wij nooit ten volle kunnen beantwoorden aan de volmaakte eisen van de Heer, verlagen wij ook de standaard niet die voor elke discipel geldt. Het is een grote bemoediging om te weten dat Hij ook ons grote Voorbeeld is in zijn weg op aarde in gehoorzaamheid aan zijn God en Vader en dat Hij in ons leeft. Wees daarom met Hem bezig, iedere dag, in vertrouwelijke omgang via het woord van God en het gebed.
Maar LIFEschool voegt bij Christus ‘iets extra’ zoals ik heb aangetoond, en dat lezen we ook van een docente:
Ik zal lesgeven over dromen en visioenen en hoe God deze gebruikt om tot je te spreken. De Bijbel zegt dat dromen en visioenen één van de tekenen is van opwekking, in deze lessen ga je ontdekken hoe dit in jouw leven zichtbaar wordt.
De duivel komt altijd met ‘Christus-PLUS’, in dit geval dromen en visioenen.
Laat LIFEschool maar links liggen.